• Bericht reacties:0 Reacties
  • Laatste wijziging in bericht:2 september 2019
  • Leestijd:6 minuten gelezen
  • Bericht auteur:
  • Berichtcategorie:Artikelen

“Unhappily motorracing is also this” mompelde Mario Andretti voor de Niguarda kliniek in Milaan op de ochtend van 11 september 1978. Hij had juist vernomen dat zijn teamgenoot en goede vriend Ronnie Peterson was overleden als gevolg van de startcrash in de Italiaanse Grand Prix een dag eerder. Meer wilde de Amerikaan niet zeggen, er was ook niet meer te zeggen. Hij dook een paar dagen onder om het verlies te verwerken.

De woorden van Andretti schoten mij te binnen toen het nieuws binnenkwam dat Anthoine Hubert overleden was: Helaas gebeuren er ook minder leuke dingen in het racen: iemand die gewond raakt of zelfs komt te overlijden.

Dat wil niet zeggen dat het erbij hoort. Uitspraken als “de dood rijdt altijd mee” zijn kreten van lieden die deze sport alleen kennen uit de krant, het journaal of overlijdensadvertenties.

De dood komt voor, maar hoort er niet bij. Net als dat de dood onherroepelijk na het leven komt. Dat betekent nog niet dat de dood erbij hoort, daar is het leven te levendig voor.

Anthoine Hubert kwam dus te overlijden in een zware crash vlak na de start van de Formule 2 race op Spa-Francorchamps. Ondertussen is de discussie ontstaan hoe het had kunnen gebeuren. Het circuit, lompe rijders, auto’s die niet veilig genoeg waren? Laten we die discussie maar even voor wat het is en concluderen dat Hubert de pech had op het verkeerde moment op de verkeerde plaats in een verkeerde situatie te verkeren. Meer kan je hier ook eigenlijk niet op zeggen.

Hubert was een jonge Fransman van 22 jaar die tot vorig jaar niet echt opviel. Als zoon van rally rijder François Hubert had hij al gauw een eigen carrière in de gemotoriseerde sporten voor ogen. Anthoine bleef liever op het asfalt, begon met karten en stootte in 2013 door naar de Franse F4 kampioenschappen waar hij meteen kampioen werd. Daarna leek het succes op te drogen met slechts een paar overwinningen in de Formule Renault Eurocup in 2014 en 2015. In 2016 stond hij helemaal droog in de Europese F3 bij Van Amersfoort Racing, waar hij bovendien zijn teamgenoot Callum Ilott niet kon bijhouden.

De jonge Anthoine

Niet dat dat problematisch was . Hubert bleek een rijder te zijn die heel rustig zijn prestaties analyseerde, die heel systematisch het gedrag van zijn wagen probeerde te doorgronden en daar gaandeweg ook steeds beter in werd.

Dat bleek ook uit het vervolg van zijn loopbaan in de GP3 waar hij in 2017 aan de slag ging als een van de vier rijders bij ART. In 2017 was hij nog de langzaamste van het viertal, waarvan George Russell kampioen werd, en wist als enige geen race te winnen. Maar in 2018 kon iedereen zien dat wat goed is niet per definitie snel hoeft te komen. En dat je ook niet altijd snel hoeft te zijn om succes te hebben.

In dat jaar kreeg Hubert de al eerder genoemde Ilott, de ervaren Jack Hughes en de gefortuneerde Nikita Mazepin als teamgenoot. Hubert had noch veel ervaring, noch veel geld, maar geen van beide gebruikte hij ooit als excuus. Hij liet liever de resultaten spreken.

Zoals we Hubert kennen: rustig analyserend, nooit in paniek

En die waren er. Hubert wist de titel van 2018 te winnen met ‘slechts’ 2 overwinningen maar hij stond daarnaast nog 9 maal op het podium. Hij reed zijn races met Alain Prost-achtige precisie en gebruikte zo min mogelijk snelheid als nodig was. Met zijn resultaten en manier van rijden, hij maakte weinig, zo niet niks, kapot, wist hij het team ook achter zich te krijgen, waar een extra kwaliteitsbehandeling voor de betalende Mazepin wellicht logischer was geweest.

De GP3 titel leverde hem ook een Renault junior status op wat natuurlijk geen garantie is op succes maar wat zeker geen verkeerde aantekening is op je CV.

In 2019 maakte hij de overstap naar de Formule 2 met het bescheiden Arden, in 2018 het op-een-na-laatste team. Niettemin wist Anthoine 2 maal een overwinning, op Monaco en in Frankrijk, in de wacht te slepen, allebei de keren in een sprintrace met reversed grid maar toch. En beide keren viel weer op hoe netjes de Fransman reed. De vergelijking met Alain Prost werd steeds meer gemaakt.

Het plukken van de vruchten van een rustige ontwikkeling

Helaas zullen we er nooit achter komen of Anthoine Hubert een tweede Alain Prost zou worden. Wat we zeker weten dat hij de eerste Anthoine Hubert was. Een jongeman die zelfbewust was, alles rustig beschouwde en naar aanleiding van alle informatie die hij had een beslissing nam. Niet in paniek raakte als de resultaten er even niet waren maar altijd door bleef werken om een oplossing te vinden.

Anthoine Hubert is niet meer. Ja, hij is dood, maar wij zullen hem, zijn leven, blijven herinneren. Niet zijn dood, want de dood hoort niet bij het leven, al helemaal niet bij sport, sport uitgevoerd door jonge en ook oudere atleten in de kracht van hun leven. Laten wij dat nooit vergeten.

Jacco Den Hollander
Author: Jacco Den Hollander

Indyoot

Geef een reactie