Afgelopen week was het de week waarin de vraag gesteld werd wat voor weer het in Canada, Of Max weer terug kon slaan na de domper in Monaco. Het was de week na Detroit en of de Indycar coureurs het in Road America wel netjes konden houden. De week waarin een paar stompzinnige Argentijnen Theo Pouchaire gingen bedreigen omdat hij hun nationale held Canapino had geraakt tijdens de race.
Maar bovenal was het de week van Michael Dunlop.
Wie? Michael Dunlop. OK, dat vraagt om enige uitleg.
In het jaar 2000 won een 48-jarige Joey Dunlop zijn 24e, 25e en 26e TT. Het was een recordaantal overwinningen op het eiland Man waarvan niemand dacht dat het ooit nog overtroffen zou worden. Daarvoor was het aantal van 14 van de vorige recordhouder Mike Hailwood als schier onoverbrugbaar geacht maar daar had Dunlop dus korte-metten mee gemaakt en hij had uiteindelijk bijna het dubbele aantal overwinningen behaald. De toenmalige motorsport baas van Honda, Nobuhiko Kawamoto, vond het de grootste prestatie ooit die er met zijn motoren was gedaan, terwijl hij met Hailwood, Doohan, Spencer en Gardner had gewerkt.
Joey Dunlop was een levende legende geworden, maar die legende had niet lang meer te leven. Een paar weken na de TT kwam Dunlop om het leven bij een crash tijdens wegraces in Tallinn, Estland. Heel Ierland, zowel Noord-Ierland als de republiek, liep uit om hem te begeleiden naar zijn laatste rustplaats.
Er zou de familie Dunlop niets bespaard blijven. Broer Robert kwam 8 jaar later om het leven tijdens de kwalificaties voor de NorthWest 200. De volgende dag waren zijn zonen, William en Michael, vastbesloten de race te starten ook al had de wedstrijdleiding hun dat verboden, omdat hun “emotionele stabiliteit” in twijfel werd getrokken. Maar toen ze gewoon plaatsnamen op de startgrid besloot de wedstrijdleiding af te zien van actie. Men wilde geen gedoe.
William viel uit, maar Michael won de race, zijn eerste, minder dan 24 uur nadat hij naast zijn stervende vader had gezeten.
Het was een emotionele overwinning, er werd gejuicht en gehuild. Michael Dunlop stond er vreugdeloos bij maar was eens-te-meer vastbesloten om een groots wegracer te worden.
In 2009, een jaar na de dramatische NorthWest 200 won Michael zijn eerste TT. Er zouden er nog vele volgen doordat de eigenzinnige Michael vaak zijn eigen weg ging en er niet voor terugdeinsde om midden in een seizoen over te stappen naar een ander team of merk als hij daar meer kansen zag. Was oom Joey eeuwig trouw aan Honda, Micheal reed onder andere voor Yamaha, BMW en Suzuki.
Dit jaar reed Dunlop de TT in de diverse klasses voor Honda, Yamaha en Paton, maar er stond ook nog een Triumph klaar indien nodig. De teller stond aan het begin van de TT op 25, sinds die eerste overwinning had hij alleen in 2010 en 2015 het eiland Man met lege handen moeten verlaten. De grote vraag was dan ook dit jaar of Michael zijn oom van de troon zou stoten. Gezien de score in 2023, 4 overwinningen, leek dat een koud kunstje, maar hij moest het nog wel even klaren.
En op de Snaefell Mountain Course ligt het gevaar in elke bocht, in elke mijl, een val in de eerste race kan het einde van de week betekenen. Maar Michael Dunlop liet er in de eerste race geen twijfel over bestaan: hij ging zijn oom evenaren. In de eerste ronde leek hij een afwachtende houding aan te nemen op zijn Yamaha, maar halverwege de 2e ronde nam hij de leiding die hij tijdens de resterende 4 ronden steeds verder uitbouwde. Davey Todd bleef nog een tijdje in de buurt maar aan de finish keek de Engelsman tegen een achterstand van meer dan 8 seconden aan.
Het record van Oom Joey was geëvenaard, Michael Dunlop had er het volgende commentaar op: “Het road racen is een vicieuze cirkel en er zijn drie manieren: Je eindigt bovenaan, je eindigt onderaan of het eindigt jou, het is heel simpel. Het is nu zo dat ik technisch gezien de succesvolste rijder aller tijden ben van de Isle of Man TT, samen met Joey, dus het is iets speciaals. Ik vind mezelf niet zo goed als Joey, want Joey was duidelijk een andere tijd en een ander tijdperk, maar het is zeker een eer om op hetzelfde aantal overwinningen te staan.” (bron: www.racesport.nl)
Maar kon het record ook verbeterd worden? Dunlop leek die vraag al te kunnen beantwoorden in de eerstvolgende race: de Superbike TT. Ditmaal reed hij op een Honda en ook ditmaal nam hij de eerste ronde een afwachtende houding aan. Maar vanaf de 2e ronde gingen de remmen los en nam hij de leiding, aanvankelijk op de voet gevolgd door Davey Todd.
Maar al snel moest Todd terrein prijsgeven en aan het eind van de 4e ronde was de achterstand al 17 seconden. Maar tijdens de pitsstops ging het fout, zowel voor Dunlop als voor Todd. Todd had startproblemen met zijn BMW maar Dunlop’s probleem was banaal. Tijdens pitsstops worden ook vaak de vizieren van de helmen gewisseld vanwege de vele vliegjes. Dunlop’s vizier was ook gewisseld maar niet goed vastgemaakt, amper een mijl voorbij de pits was de Noord-Ier op Bray Hill z’n vizier aan het vastmaken maar daarvoor moesten z’n helm en z’n handschoen uit. Het grommel kostte hem ruim 45 seconden en de overwinning die Peter Hickman in de schoot werd geworpen. Todd werd 2e, Dunlop restte de 4e plaats.
De Superbike race mocht dan een teleurstelling zijn, in de Supertwin race liet Dunlop er alsnog geen twijfel over bestaan: hij reed van start tot finish aan de leiding en daarmee was het nieuwe record een feit, op een Paton dit keer.
Michael Dunlop had zijn 27e TT gewonnen…
En hij was nog niet klaar: een paar dagen later won hij binnen een paar uur de Supersport en de 2e Supertwin race, en daarmee stond de teller op 29. En dat terwijl Michael Dunlop nog maar 35 is. Dat hij uitviel in de laatste race, de Senior TT, kon het geluk van Dunlop niet drukken.
Het record aantal TT-overwinningen is dus scherper gesteld. Gezien de vorm die Dunlop vorige week ten toon spreidde is het de vraag hoe hoog hij de lat nog gaat letten. Oom Joey ging door tot z’n 48e en was toen ook echt van plan om er mee te stoppen. Michael zou dan dus nog 13 jaar hebben en daarmee zou hij het record richting de 40 kunnen tillen.
Maar Michael zou Michael niet zijn als hij zich daarop zou richten. Hij racet vooral voor zichzelf en niet zo zeer om de naam van de familie Dunlop hoog te houden. Uiteraard is hij trots op z’n familie maar dat zal geen reden voor hem zijn om maar zolang mogelijk door te gaan. Alleen Michael Dunlop zal beslissen of en wanneer de nu al uiterst succesvolle carrière van Michael Dunlop ten einde is.